Nats -6- moest gisteren aan den lijve ervaren dat Brussel een geheel ander relief kent dan de polders waar hij deze zomer zijn eerste fietsuitstapjes maakte. Elke helling, hoe summier of imaginair ook, was aanleiding om van zijn knalrode fietsje af te stappen en mokkend, fiets voor zich uitduwend, de top ervan te beklimmen. Dit tot groot jolijt van driejarige zus die achterop bij mama zat en haar daar waar nodig duwtjes in de rug gaf. Enfin, zo trokken ouders en kroost Vangelwe -vaak sur-placend- door Brussel. Het stak ons een hart onder de riem minister-president Charles Picqué zwetend en licht “gepiqueerd” aan het fietsje van zijn jongste telg te zien prutsen…
Sinds Nats een paar maanden het fietsrijden onder de knie heeft, heeft hij zich nu het “met één hand fietsen” als volgende doel gesteld. En ja, het lukt aardig. Alleen dreef hij het experiment gisteren wat te ver : toen wat snot uit zijn neusgaten vloeide, nam hij nonchalant fietsend de zakdoek uit zijn jaszak, bracht die tot aan zijn neusje, haalde diep adem , proeste luidruichtig en met gesloten ogen in de zakdoek, gaf daarbij onbewust een ruk aan zijn stuur en keilde over zijn stuur heen op het asfalt….Wij begrijpen nu waarom renners het zonder zakdoek doen.
Surrealistisch was de fietslift (zie foto van Phaif hierboven) in de marollen waarop geen fietsers mochten . Even later ontdekten we de reden hiervan: het Poelaert-plein was “fietsen niet toegelaten” . Had men ons dat niet even kunnen zeggen daar beneden op het Breughelplein?
Zo leerden wij, stadspietjes, dat “fiets” en “landelijk” eigenlijk niet complementair zijn. (En dat ze op de boerenbuiten hun prijzen kennen..).
En ja -hier moet ik Frank volkomen bijtreden- wat was dat met die vliegtuigen? Die vlogen toch lager dan gewoonlijk … Storend en jammer. Volgend jaar een auto- en vliegtuigloze zondag?
Uw dienaar met wegens gebrek aan oefening pijnlijke kuiten,
Wouter Vangelwe.