Behalve de leuke activiteit die “vossen in Brussel” is, zijn er effectief vossen in Brussel. Op een nacht liep er aan de abdij van Ter Kameren plots een vos voor mij toen ik te voet terugkeerde na een avondje uit.
Dit was geen uitzonderlijk toeval van een verdwaalde vos uit het Zoniënwoud. Sinds ze beschermd zijn komen ze meer en meer voor in het Brussels gewest. Hun opmars is begonnen in de jaren ’70 en ’80. Ze verplaatsen zich via spoorwegbermen en parken en kunnen dag en nacht te voorschijn komen in elke Brusselse gemeente (al zijn de populaties in zuidelijk Brussel groter). Er zijn zelfs al exemplaren opgedoken in Brussel-stad.
Het Brussels Instituut voor Milieubeheer schat de gemiddelde dichtheid in gemeenten zoals Oudergem en Sint-Pieters-Woluwe op 4 vossenfamilies per vierkante kilometer.
Ook in andere steden zoals London, Kopenhagen en Toronto zijn vossen vaste bewoners. In Brussel zijn er net als in Hasselt zelfs steenmarters opgemerkt, die bijna volledig uitgestorven waren. Een stad met veel groene en bosrijke zones is ideaal. Daarom zijn er praktisch geen vossen in pakweg Antwerpen. De tuinen, parken en andere groene ruimtes zorgen voor de nodige dekking. In de stad is er bovendien veel voedsel te vinden, bijvoorbeeld allerlei huisvuil.
In principe is er helemaal geen gevaar voor mensen of huisdieren. Vossen zijn mensenschuw en niet agressief. Hondsdolheid komt niet meer voor. Kom gewoon niet in de buurt van een vossenhol en raak geen dode vossen aan (maar contacteer in dat geval wel het Brussels Instituut voor Milieubeheer).
Het is mogelijk dat vossen een kippenren binnendringen of vuilniszakken openscheuren, maar misschien waren het ratten, katten, honden, kraaien of marters… Zorg voor een goed afgeschermd kippenhok en laat vuilniszakken nooit langer dan nodig op straat staan.