De Botermarkt. De Oude Graanmarkt. De Grasmarkt. De Vismarkt. We vergeten al te vaak dat deze Brusselse straatnamen verwijzen naar plaatsen waar voedsel vroeger van buitenaf naar de stad gebracht werd. Steden voeden is voor de mensheid altijd een moeilijke opdracht geweest. Vandaag is de voedselvoorziening van de stad meer dan ooit een actueel thema. Dat blijkt uit het boek De hongerige stad, dat Carolyn Steel dinsdag voorstelde op het festival Burning Ice in het Kaaitheater.
Meer dan de helft van de almaar groeiende wereldbevolking woont in steden. De stad heeft een immense behoefte aan voedsel, maar de inwoners hebben de band met de productie ervan verloren. Voedsel is wat we kopen in de supermarkt: voorverpakt, kant-en-klaar, onafhankelijk van seizoenen en afkomstig uit alle werelddelen. Door de intensieve, grootschalige voedselproductie, louter gericht op profijt en gedomineerd door weinige multinationals, is voedsel voor de consument ook goedkoop. Dat maakt dat we er geen graten in zien om voedsel te verkwisten en weg te gooien. De afstand met het platteland is bovendien groter geworden. Veel mensen trekken weg uit het platteland om zich te laven aan de urbane cultuur.
Steel is van mening dat de huidige voedselsystemen zo destructief zijn dat het onwaarschijnlijk is dat ze nog 40 jaar zullen meegaan. De globale reserves aan olie, water, vis, grond en regenwoud raken uitgeput en de klimaatverandering laat zich stilaan voelen. Obesitas neemt toe, terwijl ook ondervoeding blijft bestaan. Ze pleit daarom voor een herschikking van de manier waarop we ruimte en grondstoffen gebruiken, een nieuwe benadering die niet alleen ethisch is en duurzaam, maar in essentie gewoon wenselijk. De stad moet weer beseffen dat ze het platteland nodig heeft, dat ze niet zonder kan. Daarnaast moeten we voedsel weer gaan waarderen en moet de landbouwer een eerlijke prijs krijgen voor zijn producten. Stadstuintjes, voedselcoöperaties, boerenmarkten, bioboerderijen, voedseleducatie en compostering van keukenafval zijn stappen in de goede richting.
Of het volstaat? Steel besluit in De Morgen: “In een pessimistische bui wil ik wel eens denken: er zullen oorlogen en hongersnood voor nodig zijn om echt dingen te veranderen. Maar ik heb de laatste tijd gezien dat mensen zich beter gedragen als het crisis is. (lacht) Er is dus hoop.”
Verdere lectuur: Stad, sitopia (vertaling Wim Merckx, Voedselteams)