Categorieën
Wonen in Brussel

Wildstil

Op de banken in het bos komt de woedende woekerende stad in ieder tot rust. Ze neemt tijd en adem, ze zwijgt en ze praat met elkaar, ze telt haar wortels en haar takken. Mensen op de banken in het bos ademen, tellen hun wortels, zwijgen, praten, staren. En als ik een passant ben wanneer de mensen op de banken staren, dan loop ik niet in een boog om hen heen, neen, maar rechtdoor als een pijl mee met de wind. En toen ik hen op een keer met veel wind passeerde in het park van Vorst, verrasten ze me eens. Ze zetten ‘Always look on the bright side of life’ in. En ik keek die kant op.

In het bos komt onze neiging tot gehoorzaamheid tot rust. Doe eens je zin. Dat denkt ook de hond die niet doet wat baas wil. Hond denkt: wat betekenen die gebaren, die geluiden en ik wil niet lopen naar wiekende armen, wel blijven liggen in het gras. En hij blijft liggen. Dat kan tellen als protest. Dat denk ik ook vaak ’s ochtends.

Op de banken in de stad woedt en woekert alles en rust niets. Ik wandel in bogen om niet te botsen tegen geen enkel gezicht dat ik ken. Ik ken niemand. Ik weet wel dat Chinezen die met hun handen in de lucht lopen, een gek zicht zijn en ook gids. Ik weet ook dat de vrouw van de taverne in Brussel-Centraal niet meer antwoordt wanneer mensen haar de weg vragen. Ze spreekt alleen nog als je een koffie of een pint bestelt. En ik weet eveneens dat de twee uitbaatsters van de koffiezaak in Brussel-Noord elkaar graag zien. En ik weet dat ergens in een leuk appartement bij de transparante lift aan het Justitiepaleis, een jongeman soms aan het raam staat te koken. En dan een proevertje aanbiedt aan zijn vriendin. Waarop zij haar neus optrekt en een smoel trekt.

In de stad maken ze reglementen. Daar en hier en in het park mag je om te beginnen geen bloemen plukken. En hier en daar en in het park komen plekken met hekken waar je niet over mag klimmen, om bij de bomen of om bij elkaar te zijn.Ze maken plekken waar je niet zomaar mag overnachten, maar wat als je daar nu het allerliefst zou wonen?

In de stad scheuren we onze kleren aan hekken, aan regels en aan mekaar. In het bos wijken we van paden af, likken we onze scheuren, onze wonden, als een dier en wildstil.

Share

Door Jill

Dichter-woordkunstenaar. Dertiger. Reisde al van kleins af aan mee met haar vader naar de grote hoofdstad om verse basilicum te halen achter de Vismarkt, vlees aan de Abattoir, champignons bij Champigros, garnalen bij Mer du Nord en leerde zo de stad en de binnenwegjes kennen. De puzzel viel voor haar in elkaar toen ze vanboven op Parking 58 het zicht zag en toen snapte ze het: "Deze stad is ongelooflijk. Ik wil schrijven over alles wat ik zie." Hoe ze bij BrusselBlogt terechtkwam, als "een flamingo tussen vreemde vogels" vertelt ze in deze bijdrage. Ze heeft haar eigen blog: www.verhaalgemaak.wordpress.com.