Categorieën
Brussel Actua Pellicule & papier Podium

Ménage à trois

Guido Fonteyn heeft een nieuw boek geschreven, over Vlaanderen, Wallonië en Brussel. De prent op de cover zou niet misstaan bij een zelfhulpboek over huwelijksperikelen en past dus wonderwel bij de titel: ‘Vlaanderen, Brussel, Wallonië: een ménage à trois’.

Het vertrek- en eindpunt liggen in het boek ‘De mythe van de omgekeerde transfers’ (Juul Hannes) dat concludeert dat er in de 19e eeuw en begin 20ste eeuw geen geldtransfers waren tussen het destijds rijke Wallonië en het arme Vlaanderen én dat die transfers ook niet mogelijk waren. Maar in plaats van cijfers over winsten en gemiste geldtransfers te etaleren, staat Fonteyn vooral stil bij de aangrijpende geschiedenis van de Waalse mijnbouw en haar Vlaamse immigranten.

Collateral damage

Het boek telt drie hoofdstukken en het eerste heet ‘Waalse delfstoffen’. In dit deel wijdt de schrijver bijna 100 bladzijden aan de mijnbouw en aan de “formidabele explosies” die in de loop der eeuwen duizenden mijnwerkers de dood ingejaagd hebben. Zo telde de Borinage tussen 1850 en 1879 maar liefst 71 explosies met 1.044 doden en 704 gewonden. De mijnramp van Marcinelle uit 1956, met 262 doden, zit hier lang nog niet bij: dit was slechts het topje van de zwarte ijsberg.

Arm Vlaanderen

Deel 2 heeft als titel ‘Waalse delfstoffen + Vlaamse migranten’. In tegenstelling tot de Italiaanse mijnwerkers, waren de Vlaamse mijnwerkers niet het gevolg van een staatsgeorganiseerde migratie. Vergeet niet dat in de 19de eeuw Vlaanderen en Wallonië nog niet als dusdanig bestonden. De Vlaamse mijnwerkers, arbeiders en ook landbouwers sijpelden als het ware binnen, gedreven door de zwarte armoede die Vlaanderen decennialang teisterde. Ter illustratie: veldwachters moesten in de huizen inspecteren of de inwoners nog leefden en de Brugse stadsdiensten schaften de lijkstoeten af om de inwoners niet verder te ontmoedigen.

En Brussel …

Deel 3 is amper 9 bladzijden lang en heet ‘Waalse delfstoffen + Vlaamse migranten = Brussels geld’. De titel vat het goed samen: het geld van de Waalse mijnbouw en industrie zat in de Société Générale met een groot aandeel in handen van Brusselse, maar ook Vlaamse en Waalse adel en industriëlen. Weinig doorstroming naar de staatskas en bijgevolg weinig herverdeling van de winsten. De link met Brussel en de onmogelijkheid van geldtransfers hadden wat meer aandacht verdiend, maar daarvoor zal je dus het boek van Hannes moeten lezen.

Verstrengeld

Zwarte armoede in Vlaanderen, zwarte mijnen in Wallonië en de Belle Epoque in Brussel. Wat mij het meest frappeert aan het boek is de grootse waardigheid waarmee Fonteyn deze thema’s behandelt. Hij is duidelijk zelf aangegrepen door onze verstrengelde geschiedenis, die Vlaanderen allang gewist heeft en Wallonië maar niet volledig gewist krijgt. En deze beroering brengt hij op een voortreffelijke manier over op de lezer.

Vlaanderen, Brussel, Wallonië: een ménage à trois van Guido Fonteyn verscheen in 2014 bij uitgeverij Epo.

Share