Categorieën
Pellicule & papier

De dagelijkse strijd om te overleven op straat

De Alhambrawijk rond de Lakensestraat komt de laatste jaren geregeld in het nieuws wegens de groeiende overlast door drugs en prostitutie. Alhambra is ook de titel die straathoekwerker Filip Keymeulen gaf aan zijn romandebuut. Hij schetst erin een bikkelhard beeld van het leven op straat in Brussel.

Twee hoofdpersonages telt het boek. Leonardo komt uit een trots Italiaans mijnwerkersgezin in Limburg. Door de sluiting van de mijnen wordt hij na anderhalf jaar werkloos. Hij raakt verslaafd aan alcohol. Nadat hij een week in de gevangenis heeft gezeten en door zijn wangedrag in ongenade gevallen is bij vrienden en familie wordt hij straatmuzikant in Brussel. Het levert hem in het daklozenmilieu de bijnamen ‘Tonio’ en ‘Banderas’ op. Christiaan groeit op in een disfunctioneel gezin. Zijn vader, een gewelddadige alcoholicus, misbruikt hem en zijn zussen. Hij is nog minderjarig als hij de zoveelste instelling verlaat en op straat belandt. Hij verdient geld door drugs en zijn lichaam te verkopen. In de homoscene ontdekt hij zijn vrouwelijke aard. Als flamboyante transgender gaat ze als ‘La Flanelle’ door het leven.

In de roman ontspint zich een onwaarschijnlijk liefdesverhaal tussen de twee protagonisten. In de dagelijkse strijd om te overleven staan Tonio en La Flanelle zij aan zij. De schaarse momenten van tederheid en romantiek wegen echter niet op tegen de grauwe werkelijkheid van verslaving, verbaal en fysiek geweld, armoede en prostitutie. Af en toe gloort er hoop aan de horizon – een stevig inkomen als danseres, een vast dak boven het hoofd, een ontwenningskuur – maar die wordt snel de kop ingedrukt. De personages raken niet uit de vicieuze cirkel van zelfdestructie, niet het minst omdat ze getraumatiseerd zijn door hun verleden en in het straatleven een uitweg vinden uit de maatschappij.

Wie het boek leest, moet over een sterke maag beschikken. Al op de eerste bladzijde wordt de stoep ondergekotst en niet veel later wordt de pot ondergescheten. Keymeulen beschrijft onverbloemd de precaire leefomstandigheden van daklozen: het gebrek aan privacy en waardigheid, het bedelen om geld, de ononderbroken zoektocht naar drank en drugs om in een roes terecht te komen, de onderlinge ruzies, de gezondheidsproblemen. Brussel treedt daarbij op als schouwtoneel met hotspots als de trappen van de Beurs, metrostation IJzer, Brussel Centraal en de Lakensestraat. Het meertalige karakter van de stad blijkt mooi uit treffende dialogen in het Frans, Italiaans en Brussels.

Van een straathoekwerker verwacht je dat hij het hulpaanbod voor daklozen belicht. Dat doet hij ook in figuren als wijkagent Bernard, zuster Clothilde en vooral in maatschappelijk werker Aldo. Die wordt opvallend positief beschreven: betrokken, een en al empathie en mededogen, niet oordelend, geen spatje cynisme. Is het een verhuld zelfportret van Keymeulen? Het roept de vraag op in hoeverre het werk in de marge van de maatschappij en de vele tragische lotgevallen geen krassen op de ziel achterlaten. Stad Brussel heeft de loffelijke gewoonte om straatdoden te herdenken. Maar kan de hulpverlening meer doen of is het een gevecht tegen de bierkaai? Soms is de dood ook gewoon een bevrijding na een lange lijdensweg.

Stilistisch is het boek geen meesterwerk – vooral de uitleggerige toon en het gebrek aan suggestieve kracht storen – maar het is wel een doorleefd en confronterend werk dat een boeiende inkijk geeft in het leven als dakloze in Brussel.

Alhambra van Filip Keymeulen verscheen bij Bitbook.

Share

Door Tom Van Bogaert

Nieuwe Brusselaar met een passie voor taal, cultuur en journalistiek. Geboren in Sint-Niklaas. Studeerde Germaanse talen in Gent en woonde na zijn studie zes jaar in Berlijn. Houdt zich bezig met beleid en communicatie binnen de Vlaamse overheid en is journalist in bijberoep.