Brussel heeft een rijk industrieel verleden. Zo gold Molenbeek in de 19de eeuw als het Belgische Manchester. Dankzij de gemakkelijke bereikbaarheid via de grote verbindingswegen die waren aangelegd, floreerden er metaalverwerkende bedrijven en ijzergieterijen. Ook chemische bedrijven, producenten van voedingswaren en bedrijven die koloniale waren behandelden, vestigden zich er. Ook aan de andere kant van het kanaal, in de buurt van de Ninoofsepoort en Vlaamsepoort, wemelt het van vroegere fabrieksgebouwen, arbeidershuizen, steegjes en beluiken. Welke Vlaamse schrijver schildert hier het onvermoede bestaan van een smederij in de Brusselse binnenstad, in de Vlaamsesteenweg 62?
De vreemdeling die door ’t centrum van Brussel slentert en die, verdoofd door de drukte en de herrie, ergens bij de Beurs op een bank gaat uitrusten, vermoedt zeker niet dat er vlakbij nog een fabriek in werking is, die niet moet onderdoen voor die van het Waalse land of van het Ruhrgebied. Hij verbeeldt zich nu eenmaal dat het centrum van die weelderige stad alleen uit hotels, koffiehuizen, patisserieën en parfumeriewinkels bestaat en dat er geen plaats meer is voor volgelingen van Pluto, voor mensen met zwarte gezichten, die met vuur en ijzer spelen.
Het juiste antwoord is Willem Elsschot. Het fragment komt uit Lijmen (1924). Hoewel Antwerpen onmiskenbaar de stad van Elsschot is, heeft de schrijver ook een band met Brussel. Zoals Brussel Deze Week in twee artikels beschreef, woonde Alfons De Ridder van eind 1911 tot augustus 1914 in Brussel. Hij lanceerde in die periode zijn pseudoniem, publiceerde in het tijdschrift Groot Nederland zijn eerste roman Villa des Roses en voltooide Een ontgoocheling. Hij werkte er voor La revue générale illustrée, dat model stond voor het Algemeen Wereldtijdschrift uit Lijmen.
Toen de Eerste Wereldoorlog uitbrak, verhuisde het gezin opnieuw naar Antwerpen. Elsschot keerde nog vaak terug naar Brussel om zijn kleinzoon Jan (‘Tsjip’) te bezoeken en bevriende schrijvers te ontmoeten zoals Louis Paul Boon, Jan Van Nijlen en Jan Greshoff. Vijftig jaar na zijn dood wordt Elsschot in Antwerpen uitvoerig gevierd.