Brusselblogger Willemjan geeft toe dat hij het laatste jaar naar de muziek van Damso heeft geluisterd. En hij niet alleen, een hele generatie jongeren in Brussel. Zo stelt hij vast dat een hele generatie door bobo’s van tafel wordt geveegd vanwege het feit dat Damso vrouwonvriendelijke muziek maakt.
Er waren al regelmatig discussies geweest rond Damso, de Congolees-Brusselse artiest, in mijn vriendengroep in Brussel. Is dat het beste wat we hebben in Brussel? Is zijn muziek niet te vrouwonvriendelijk om het echt te gaan maken? Is het mogelijk dat hier weer heisa van zal komen? Eigenlijk zagen we het aankomen. De meesten vroegen zich al af wanneer de hetze rond Damso zou uitbarsten.
We zien al jaren dat artiesten zoals Damso genegeerd worden in Vlaanderen, zoals zoveel Afrikaanse artiesten als ze niet perfect geïntegreerd en ‘clean’ zijn. Afrikaanse artiesten moeten het voornamelijk van Parijs hebben. Damso was dan ook eerst bekend in Parijs en dan in Brussel.
Toch moeten we ons met Damso op onze borst kloppen. Tien jaar geleden lag het veld open in Brussel voor Afrikaanse artiesten, omdat het mekka van de Afrikaanse muziek voornamelijk in Parijs lag. Op dit moment is Brussel hot.
Dat rapt Damso ook in ‘BruxellesVie’, zijn bekendste nummer: de Brusselse rap slaat de Franse rap in één keer K.O. (Le rap français K.O. en un seul feat). En niet alleen Damso, maar zoveel andere Afro-Brusselse artiesten braken de laatste jaren internationaal door.
Als Brusselaars aan Congolese muziek denken, hoor je vaak spreken over rumba en soukous, gespeeld door sapeurs (kleurrijk en duur geklede inwoners van de sloppenwijken van Centraal-Afrika) zoals Papa Wemba, Koffi Olomidé en Fally Ipupa.
Deze muziek behoort sinds verschillende decennia tot de culturele export van de Congolese staat. Ze wordt voornamelijk in Kinshasa gemaakt, terwijl jongeren in Goma en Lubumbashi hiphop en rap maken en beluisteren. Dat is nu ook het geval in Brussel met Damso en co.
Je kan Damso tot de orde roepen voor zijn teksten, zoals Brussels Minister voor Gelijke Kansen Bianca Debaets deed, maar door zijn nog niet uitgekomen WK-lied te annuleren, maak je hem monddood. Daarmee bega je een groter kwaad, omdat je daarmee de echte muzikale en subculturele uitdrukking van de Congolese-Brusselse jongeren de kop in drukt. Dat doe je niet, zelfs al tarten de teksten alle redelijkheid.
De burgerlijke waarden die de Vrouwenraad, de sponsors, vice-premier Alexander De Croo, staatssecretaris Zuhal Demir en uiteindelijk ook de bonzen van de voetbalbond vertegenwoordigen, zijn niet dezelfde als die van de fans van Damso. Waar ligt de norm, kunnen we ons afvragen in deze discussie, zonder cultureel relativistisch te willen zijn.
Ik ben de eerste om onze burgerlijke waarden te verdedigen, maar hoe consequent zijn we in ons oordeel? Ik heb de discussie al zo vaak moeten voeren in een context waar onze burgerlijke waarden bedreigd worden, zoals op de meeste plaatsen in de wereld.
Als we Damso laten vallen, moeten we het WK in Rusland ook boycotten, omdat de vrouwen- en LGBTI-rechten daar evenmin gerespecteerd worden. Het is dus een zeer moeilijke discussie, die zeer simplistisch wordt voorgesteld.
Ik heb sterk de indruk dat de dictatuur van ‘Bon Chique, Bon Genre’, waar geen aandacht wordt besteed aan artiesten zoals Damso of Baloji of Témé Tan, gebruikt wordt om Damso af te schrijven. Door deze ondoordachte beslissing zetten we een hele generatie jongeren in de kou. Zeker als het gaat om een WK voetbal in Rusland, dat niet echt de vaandeldrager is van onze burgerlijke waarden. Zoals zo vaak is er hier sprake van twee maten en twee gewichten.
Willemjan is community manager bij het Vlaams-Afrikaans Huis Kuumba, maar schrijft in eigen naam. Bekijk zijn werk op Facebook en zijn website.