Gisterenavond, maandag 23 april 2018 omstreeks 19.45 uur, was ik slachtoffer van een aanrijding. Op de terugweg van mijn werk, reed ik met mijn fiets op de Prinses Elisabethlaan, richting het treinstation van Schaarbeek. Zoals steeds (!) bevonden zich op de rijweg (en dus op de fietsstrook) dubbel geparkeerde voertuigen die de doorgang volledig belemmeren. Toen ik een dubbel geparkeerd voertuig met drie inzittenden voorbij trachtte te rijden, zwaaide de passagier op de achterbank het autoportier open. Ik kon niet tijdig stoppen noch uitwijken, knalde dus eerst tegen het geopende portier en kwam daarna hard ten val. Ik botste met mijn hoofd tegen een andere geparkeerde auto. Ik vertoon door deze val schaafwonden en kneuzingen, en heb hoofdpijn.
Dubbel geparkeerde auto’s in Gentsesteenweg, Molenbeek (c) Tim Gatzios
De chauffeur van het voertuig was ondertussen nergens meer te bespeuren. Ik kon tijdig een foto nemen van het voertuig met duidelijke vermelding van de nummerplaat. De passagier die het portier had opengeslagen, was wel uitgestapt. Samen met hem trok ik naar het dichtstbijzijnde politiekantoor (Politiecommissariaat 1 – Rodenbach, Georges Rodenbachlaan 15) voor een aangifte. De politie-inspecteur aan de ontvangstbalie maande bij een eerste verklaring de passagier aan de betrokken chauffeur op te trommelen. Anders zou er sprake zijn van vluchtmisdrijf. Ruim een halfuur later verscheen de chauffeur op het commissariaat. Hij stelde voor een Europees aanrijdingsformulier in te vullen. In eerste instantie was ik daartoe bereid, tot bleek dat de feiten door de bestuurder – die niet in het bezit was van een rijbewijs (!) – verdraaid werden. Hij zou niet dubbel geparkeerd staan, maar gewoon gedurende 1 seconde een passagier afzetten. Ik zou niet gevallen zijn door het openslaande portier, maar mijn evenwicht verloren hebben en zo ten val gekomen zijn tegen een andere geparkeerde wagen. Ik zou zijn portier niet geraakt hebben.
Een tweede politie-inspecteur – die enkel Frans sprak en begreep (!) – suste daarop de jongens: de inspecteur zou hen niet bekeuren voor de overtreding van dubbel parkeren – dat deed hij naar eigen zeggen nooit (!) – en vulde het aanrijdingsformulier in (in het Frans uiteraard), zoals de chauffeur en passagier van het voertuig hadden verklaard. Daarop vroeg hij me simpelweg het formulier te ondertekenen. Toen ik dat weigerde, werd een proces-verbaal opgemaakt. Dat gebeurde na heel lang wachten door de eerste politie-inspecteur van de ontvangstbalie, die wel Nederlands sprak. Om 22.45 uur kon ik eindelijk het commissariaat verlaten. Bij het buitenrijden bleken de versnellingen van mijn Brompton-plooifiets door de klap volledig kapot.
Ik besef dat mijn aangifte op het politiecommissariaat een maat voor niets is geweest. Een tijdsverspilling van ruim drie uren. Zware overtredingen zoals dubbel parkeren worden niet beboet. Laat staan parkeren op het fietspad. Rijden zonder rijbewijs: geen probleem. Kerels die aan grote snelheid door de straten van Schaarbeek rijden, gaan vrijuit. Het enige wat ik kan doen, is hiervan getuigen. Met de stille moed der wanhoop. Fietsers blijven genegeerd.