de hongerlijders van het Begijnhof
ze weigeren alle spijs
in de Begijnhofstraat de Roma
s’il vous plaît monsieur, j’ai faim
duiven zoeken vergeefs kruimels aan Pacheco
een doffer maakt het hof
aan een jonge duif met een bekoorlijke
blauwzilveren hals, ze glinstert in de zon
op de Vismarkt dagjestoeristen en forenzen
ze lachen met een vette mop en
de chef, zijn broek gevlekt stonk
naar tomatensap en urine
ze eten gejaagd en drinken gulzig
straks weer het kantoor
en de zorgen thuis, het gejengel
van de kinderen, de afbetaling
van de nieuwe Citroën
het dak dat lekt op zolder
het raakt maar niet opgelost
een ambulance passeert maar
zonder sirene
er liggen drie dekens gespreid
op het Begijnhofplein
niemand baadt in de verzengende zon.
William D.