Categorieën
Het straatfeest Kunst

Mascarponetaart in de Violetstraat

Thierry haast zich de Violetstraat in die het begin markeert van de klim naar de bovenstad. Enkele passen en hij houdt halt voor het Mode- & Kantmuseum, waar hij zijn rugzak afdoet, deze op de vensterbank zet, openritst en er zijn rode brooddoos uithaalt.

Violetstraat (c) Thomas Dielman

Op nummer 24, 12 huisnummers verder, stapt de reus Simon het Home Baudouin uit, het magazine L’Eventail onder de arm en een leeg yoghurtbakje in de hand waarin hij een steentje en een muntje rondgooit als was het een klein squashterrein, steeds sneller naarmate zijn zenuwen meer op de proef worden gesteld.  Thierry ondersteunt de brooddoos met zijn linkerhand als schaaltje, met zijn rechterhand trekt hij zijn hemd los van zijn bezwete rug, vervolgens klikt hij het deksel los. Het plikplokgeluid van Simons yoghurtbakje wordt opgevoerd.

48 uur eerder, op zaterdag morgen, nog voor Thierry zijn ogen opende, viel het hem te binnen: Ik moet koken. Het is weer zover, ik moet eten maken. Hij weet nog steeds niet hoe en waarom, maar hij heeft genoeg ervaring om te weten hier gehoor aan te geven, anders blijft het trekken.

Met de vastberadenheid van iemand die zijn leven in een nieuwe plooi wenst te leggen staat Thierry voor de boekenkast in de woonkamer, handen in de zij. John zit achter hem in de zetel, iPad op schoot. Spikey rechts van hem, is er ook klaar voor. De kookboeken nemen de onderste 2 planken in beslag, dicht bij de appartementsvloer aan als om het aardse van koken te benadrukken. Dit zijn duizenden recepten. Alsof het zo moest zijn, komt er zachtjes een kruis tevoorschijn uit de mist: verticaal zegt zoet, horizontaal Italiaans. Ook wil Thierry liefst een kookboek in het Nederlands, waarin de chef alles meet en weegt in gram en centiliter en waarin het recept werkelijk elke actie uitschrijft van a tot z, zonder witregels, zonder ruimte voor improvisatie. Thierry herinnert zich een frangipanetaart die als een luchtmatras zonder dopje leegliep. De smaak zit goed, zei John.

Thierry knielt en pakt 4 Italiaanse kookboeken en legt ze op de mosterdgele strandmon, Zweeds voor voetenbank, krabt Spikey achter de oren, ploft neer naast John en schuift het kookboek van Giorgio Locatelli op zijn bovenbenen: Made at home, ruim 150 Italiaanse familierecepten. In veel kookboeken maar zeker in Italiaanse lopen er veel familieleden rond tussen de recepten. In elk voorwoord komt er naast het wijzen op het belang van het werken met verse ingrediënten een oma uit de schaduw die nog dagelijks inspireert. Op pagina 229 schuift de chef een gebraden kip op een gedekte maar verder lege tafel. Waar is iedereen? Op pagina 207 loopt er een meisje voorbij de tafel met een zekere snelheid aangezien enkel de 2 borden scherp op de foto staan. Het eten wordt koud. Op pagina 196 en 197 staat er een mysterieuze foto van een dramatisch rustige zee. De binnenzijde van de cover, de achterkant en de rug van het kookboek zijn perzikoranje, net als de letters MADE AT HOME op het voorblad.

Het kookboek van Claudia Roden, de laatste aanwinst, heeft veruit de mooiste vormgeving, om je vingers bij af te likken, een tomaat geschilderd met waterverf vormt het middelpunt van de cover, de letters van De smaken van Italië in het groen op een gebroken witte achtergrond. Absolute klassieker om de kleuren van de Italiaanse vlag te gebruiken: mozzarella, basilicum en dus tomaat. Op het schutblad een map van de mooiste laars ter wereld. De gerechten worden verder gerangschikt per streek en steeds ingeluid met enkele foto’s uit die regio, heroïne voor de ogen wat leidt tot steeds dieper gezucht bij Thierry. Het maakt dit boek tot een reisboek en zou dus kunnen geplaatst worden op de bovenste plank van de boekenkast, net onder het plafond waar de wolken zich ophouden en alles mogelijk is.

Ook zoekt Thierry een foto van het resultaat bij het recept zodat hij weet waar hij naartoe werkt. Een foto als poolster als hij dreigt te verdwalen. Het wordt niet Claudia Roden. Het wordt Antonio Carluccio: Mijn beste Italiaanse recepten (groene en rode letters op een witte achtergrond)!

Naast de inhoudstafel staat een foto van de keukenkast van de kok: enkele bokalen met groenten in zuur, een kaars, een fles wijn en trossen citroenen, een tijdloos stilleven, wat dit boek moeiteloos ook tot een kunstboek maakt. Verder worden de gerechten gerangschikt volgens de volgorde waarmee ze op tafel komen. Thierry bladert naar het einde van het boek: DOLCI DESSERTS vanaf pagina 286.

Thierry passeert Simon en zegt bonjour zonder een antwoord af te wachten. Simon kijkt steeds verlegen weg , voert de snelheid op waarmee hij het steentje en het muntje rondgooit in het Danone-bakje en maakt soms een verlegen lachgeluid. Maar niets van dat alles vandaag. Hij houdt het bakje stil, het geluid verstomt en hij kijkt Thierry aan.  Hij doet een stap naar voren, gooit zijn schaduw als een net over Thierry en legt het bakje en het beduimelde magazine naast zich op de grond. Thierry is verbaasd, staat aan de grond genageld, huivert en volgt Simons linkerhand die zachtjes landt op zijn linkerborst. Twee vingers van Simons rechterhand vinden hun weg naar Thierry’s rechteroor als de oordoppen van een stethoscoop. Thierry geeft zich over en schrikt plots op wanneer hij het kloppen van zijn eigen hart hoort. Of is het Simons hart? Een weldadige kracht verspreidt zich doorheen Thierry’s lichaam. Hij sluit de ogen.

De taart heet torta paradiso con mascarpone. De drukker heeft terecht een hele bladzijde voorzien voor de foto van de taart. Het hemels gebak staat op de voorgrond, er werd 1 punt uitgehaald die op de wazige achtergrond op het bovenste bordje van een stapel van 5 klaarstaat. De schaduwen van de taart en van de borden op het linnen tafelkleed wijzen naar het zuidoosten wat de taart perfect maakt voor een vieruurtje, oftewel merenda in Italië. Rechtsonder heeft Antonio Carluccio het volgende geschreven op de foto, tussen enkele aanhalingstekens: ‘Rijke romige mascarpone komt uit Zuid-Lombardije en is een ideale vulling voor dit bijzondere, luchtige gebak’.

Het plikplokgeluid herneemt. Thierry opent de ogen en ziet Simon kleiner worden richting de benedenstad. Hij weet dat Simon zich niet meer zal omdraaien, hij dankt de hemel en het idee aan een pauze valt hem plots te binnen! Even zitten, een hap nemen uit zijn cake en op zijn beurt kijken naar voorbijgangers.

In Het straatfeest brengt beeldend kunstenaar Thomas Dielman in tekst en beeld verslag uit van de wandeling die hij maakt van thuis naar het werk. Hij vertelt wat er door zijn hoofd gaat, op stap langs 18 straten en twee pleinen.

Share