Categorieën
Pellicule & papier

“Prentenboeken geven je het gevoel niet alleen te zijn”

Dit najaar verscheen bij Tiptoe Print ‘Hidde huilt’ van de Zweedse schrijfster en illustratrice Sara Gimbergsson, een kartonboekje voor de allerjongste lezers over een biggetje dat ontroostbaar lijkt. Het is het tiende prentenboek van de jonge Brusselse uitgeverij. Patrick Jordens is de bevlogen oprichter en zaakvoerder. Hij kijkt terug op vijf jaar ondernemerschap: “Ik wil er zeker geen klaagzang van maken, maar pittig was het wel.”

Hidde huilt van Sara Gimbergsson, Tiptoe Print

Jordens recenseerde kinderboeken in De Morgen tot hij eind 2018 een eigen kleinschalige uitgeverij oprichtte. Hij selecteert prentenboeken uit het buitenland en ontsluit ze voor een Nederlandstalig publiek. Geen hapklare kost, maar poëtische, gelaagde boeken die een ongewone beeldtaal hanteren en inhoudelijk ergens over gaan. Hij runt een eenmanszaak, maar werkt nauw samen met enkele trouwe kompanen, zoals vormgever Paul Verrept en vertaler Edward van de Vendel. Een van zijn boeken, ‘Alle dieren slapen’ van Kjersti A. Skomsvold en Mari Kanstad Johnsen, haalde in 2022 de top tien van de mooiste prentenboeken volgens de New York Times.

Less is more

Heeft de vroegere recensent het uitgeversvak onderschat? “Het is vandaag zeker geen evidentie om prentenboeken uit te geven. Er komen veel vaste kosten en praktische beslommeringen bij kijken. Maar ik heb er nog altijd plezier in!”

Jordens gaat dieper in op het financiële plaatje. Een prentenboek uitgeven kost handenvol geld, en het wordt steeds duurder. Hij betaalt voor de rechten voor de teksten en illustraties, de vertaling en de lay-out, de verdeling in België en Nederland, de stockage, enz. Boekhandels krijgen ook kortingen van circa 45% op de winkelprijs. Hij moet telkens genoeg van een boek verkocht krijgen om aan een nieuw boek te kunnen beginnen. Per boek rekent hij op 800 à 900 verkochte exemplaren. ‘De wip’ van Joaquin Camp bleef echter met nog geen 500 stuks onder de verwachtingen. En dan zijn er ook nog externe factoren die voor de boekenwereld algemeen gelden: de ontlezing, de energiecrisis, de inflatie. Hij besluit: “Ik kan er onder geen beding van leven. Het blijft een uit de kluiten gewassen hobby. Noem het een roeping misschien? (lacht)”. Hij werkt ook deeltijds als projectcoördinator voor Samen Lezen bij Bond zonder Naam.

Een andere verzuchting die hij heeft, is het reusachtige aanbod van kinder- en jeugdboeken op de markt. “Is het nodig om zo veel uit te geven? Kunnen we het niet met wat minder doen?” Hij beperkt zich – deels noodgedwongen – tot 2 à 3 boeken per jaar die hij met zorg omgeeft. Hij probeert zich te onderscheiden en voldoende visibiliteit te krijgen – al wordt dat moeilijker door de kleiner geworden ruimte voor kinderboekenrecensies in de kranten en aandacht in de media tout court. Hij kiest in zijn portfolio voor kwaliteit en diversiteit, en laat de boeken ook geregeld tot leven komen door publieksactiviteiten. Zo organiseerde de vzw Denkkaravaan op zijn vraag een speelse en filosofische familieworkshop rond ‘Waar dient het voor?’ van José Maria Vieira Mendes en Madalena Matoso, een boek dat genomineerd werd door de Leesjury, een leesclub voor kinderen en jongeren.

Ruimte voor interpretatie

Jordens breekt een lans voor het betere prentenboek. “Er kan zo veel kracht uitgaan van eigenzinnige beelden. Ze kunnen jong en oud verrassen en verwonderen. Je verbeelding wordt geprikkeld. Naar beelden kijken is ook een manier van lezen waar je in kunt groeien. Ik bewonder de bezieling en het ambacht van illustratoren. Wat ze doen, is visuele storytelling, op de grens van beeldende en verhalende kunst. Een goed prentenboek werkt in eerste instantie op het zintuiglijke en het emotionele niveau, en pas in tweede instantie op het mentale. Van het hart naar het hoofd zeg maar, wat voor een unieke mix zorgt van het onderbewuste en het bewuste. Ik houd ook van prentenboeken omdat ze schoonheid en troost bieden. Ze geven je het gevoel dat je niet alleen bent omdat je jezelf er soms in herkent, ongeacht je leeftijd. Zoals in het geval van ‘Hidde huilt’: wie van ons heeft niet af en toe gevoeld dat een potje huilen enorm bevrijdend kan zijn?”

Over naar een heet hangijzer in onze superdiverse samenleving: hoe zorgt de uitgeverij voor representatie, zodat kinderen van verschillende herkomst en pluimage zich kunnen herkennen in de personages? Jordens denkt na en formuleert weifelend een antwoord: “Politiek incorrect zou ik kunnen zeggen dat ik er niet zoveel rekening mee houd. Maar diversiteit zit ingebakken in ons DNA, omdat we kiezen voor boeken uit andere taalgebieden en van integere makers. Subtiel en vaak overgoten met een humoristische saus brengen ze diverse beelden, sferen, rolmodellen en vertellingen tot bij de lezer. Dat kan gaan van een meisje van kleur op de cover en niet-Vlaamse namen van personages tot een pleidooi voor anders zijn en imperfectie, zoals in ‘Stekelhaar is echt niet raar!’ van Nadia Budde. Maar het mag niet te boodschapperig worden. Je moet de lezer au sérieux nemen en altijd voldoende ruimte bieden voor eigen interpretaties.” 

Patrick Jordens (c) Saskia Vanderstichele

De uitgever weet niet wat de toekomst brengt, maar telt zijn zegeningen. “Tien boeken intussen, daar ben ik heel dankbaar voor. Ik bekijk het jaar per jaar. Het volgende boek staat al in de steigers voor het voorjaar van 2024: ‘De kattenwandeling’ van Sara Lundberg, uitgegeven met steun van Literatuur Vlaanderen. Mijn webshop wil ik ook verder uitbouwen. Er zijn gelukkig veel momenten waar ik van geniet: de samenwerkingen met vakmensen, de vertaling die binnenkomt, de zeer fijne contacten met uitgeverijen in het buitenland en met onafhankelijke boekenwinkels, en de warme en enthousiaste reacties van lezers. Ik voel veel liefde in de wereld van het prentenboek.”

Meer info: Tiptoe Print

Share

Door Tom

Nieuwe Brusselaar met een passie voor taal, cultuur en journalistiek. Geboren in Sint-Niklaas. Studeerde Germaanse talen in Gent en woonde na zijn studie zes jaar in Berlijn. Houdt zich bezig met beleid en communicatie binnen de Vlaamse overheid en is journalist in bijberoep.