Categorieën
Het straatfeest Kunst

Elke stap is een kans op verlossing

Aangekomen op het ruime voetpad aan het begin van de Munthofstraat kijkt Thierry terug, van Sint-Gillis naar het centrum, de vijfhoek, 1000 Brussel. Hij beseft dat hij deze wandeling naar en van het werk zal missen. Meer dan het werk zelf. De spannendste zaken gebeuren al wandelend.

Deze vertrouwde straten, deze begane wegen, deze voetpaden, zebrapaden, pleintjes, scheuren en kuilen die alles in zich hebben om de volgende zinkgaten te worden, deze schommelende kinderkopjes, verdwaalde tegels en meelopend zwerfvuil zal hij moeten missen. Deze ondergrond en deze gebouwen hebben als de beste psychiater geluisterd en zachtjes geknikt naar alle gedachten van Thierry. Dag in, dag uit. Elke stap is een kans op verlossing, op ontrafeling, op een diepere ademhaling. Elke stap dient zich aan als het moment waarop de waarheid een kans kan krijgen, misschien nog voor het werk begint, misschien na het werk, anders morgen en dit in de veilige bedding van de centrumstraten, je stenen tuin, het verlengstuk van je woonkamer, de wandelgangen die je in staat stellen om het ondenkbare te denken, onvermoeibaar, tot je herboren op je bestemming aankomt.

En Brussel? Ach, Brussel zal altijd Brussel blijven. Brussel zal altijd het toneel zijn van een nieuw verhaal, een verhaal dat alle voorgaande verhalen moet doen vergeten. Het verhaal dat nu eindelijk een oplossing heeft op al onze problemen en dat dit keer niemand zal vergeten. Een verhaal dat aanschouwd zal worden vanop de eerst rij door haar bedenkers en pleitbezorgers. De hielenlikkers zullen vechten voor een plaatsje op de tweede rij, de resterende plaatsjes van het parterre zullen bevochten worden door de opportunisten en de conformisten. Neerkijkend op de hysterische massa zitten de intellectuelen en de oppositie, veilig, in de besloten ruimte van hun balkon. Kritisch maar vooral dankbaar voor hun opera-abonnement toegeschoven door de mensen van de eerste rij, zij die het scenario hebben geschreven.

De leukste plaatsen zullen ook dan elders zijn. Niet binnen het operagebouw, de arena, maar wel buiten, onder de blote hemel, op het Muntplein, waar het eigen leven zich afspeelt en de kans op vrijheid het grootste is. Waar je de elementen trotseert en waar de regie over je leven je toebehoort, waar het stil is, niemand je observeert en waar je de tijd en ruimte kunt vinden om je eigen verhaal te vertellen.

Zolang je kan lopen, kan je denken. Zolang je kan lopen en denken, kan je een betere weg vinden.

Thierry staat nog steeds aan het begin van de laatste straat van dit verhaal. Hij denkt plots aan John en aan Spikey, aan thuis. Een dik half uur geleden is hij van huis vertrokken. Hij ziet de enige boom die waakt en toezicht houdt over de Melsensstraat, een scharlaken eik.

Als een onvermoeibare dirigent stuwt deze prachtige boom ons de zomer in, kondigt hij de herfst aan, draagt hij ons zachtjes door de wintermaanden en laat hij ons ten slotte, elk jaar weer, duizelen in de lente.

Van jade- en mintgroen tot olijf-, gras- en smaragdgroen naar citroen- en vanillegeel via papaja-oranje, vuuropaal, wortel- en roestoranje tot karmijn-, bordeaux- en scharlakenrood naar opnieuw het knapperigste appelgroen. Mijn scharlaken eik wisselt van outfit op het ritme der seizoenen, soms vloekend met de outfits van de achtergrondzangers, de esdoorns van het Sint-Katelijneplein, soms unisono in het prikkelendste mengsel van geel en blauw en soms gewoon naakt, in zijn donkerbruine bast, diepe groeven.

Met zijn imposante kroon dwingt deze loofboom automobilisten tot het aanpassen van hun rijsnelheid en als een goochelaar knipt hij de juiste lucht aan, van doordeweeks noorderlicht tot azuurblauw en van een waterig zonnetje tot de hardste hagelkogels.

Zijn bladeren zijn lobvormig, hij ruikt heerlijk, geeft glanzende eikels en zitplaatsen aan kraaien en duiven. Hij luistert, wiegt mee als het stormt, geeft schaduw tegen de zon, voorziet een afdak wanneer het regent en hij staat klaar als iedereen het laat afweten. Altijd.

Thierry ademt diep in, knoopt en ritst zijn groene chino open, schuift ze omlaag en stapt er, eerst met zijn rechtervoet en daarna met zijn linkervoet, uit. Hij houdt de broek voor zich en halveert de groene rechthoek in de lengte en plooit ze zigzaggend kastklaar. Hij legt het stapeltje naast zich. Hij knoopt zijn hemelsblauwe katoenen hemd open, trekt het uit, vouwt het dubbel, slaat de mouwen diagonaal strak en laat het bovenstuk voorovervallen. Hij plaatst het bundeltje naast zich op de broek. Ten slotte trekt hij zijn Hema-slip met gekleurd confettipatroon uit, rolt hem op en plaatst hem als kers op de taart op zijn hemd.

Hij kijkt nog een laatste keer achterom.

De dag kan beginnen.

In Het straatfeest brengt beeldend kunstenaar Thomas Dielman in tekst en beeld verslag uit van de wandeling die hij maakt van thuis naar het werk. Hij vertelt wat er door zijn hoofd gaat, op stap langs 18 straten en twee pleinen. Dit is de laatste aflevering.

Share