Categorieën
Muziek

Peet: ‘Mijn sterkte is emotie brengen in melodieën’

Pierre Mignon, oftewel Peet, is on a roll. Nadat hij eerder Mignon en Todo Bien ter wereld bracht, is nu de recentste langspeler À Demain aan zijn oeuvre toegevoegd. Die laatste werd zijn meest persoonlijk plaat en fungeert als een ’thank you letter’ voor iedereen die hij lief heeft in zijn leven.

© Tone Verswijvel

Om dat te vieren organiseerde hij een weekend lang een pop-upwinkel in de straat waar hij jarenlang werkte in Elsene. Iedereen was er welkom en kon niet alleen genieten van een tentoonstelling van jarenlang werk, maar kon er ook gewoon een toffe babbel slaan met de even toffe Brusselaar. Dat is exact wat ook wij deden: we spraken hem over À Demain, jazz, Brussel en FIFA.

Waarom de keuze om nu zo’n persoonlijk album uit te brengen, aangezien je debuutplaat Mignon al je achternaam droeg.

Ik weet het niet. Ik maak gewoon muziek met mijn gevoelens. Ik voel wat de mood is; als ik in de stemming ben om over mezelf en mijn leven te praten, dan doe ik dat. Dat was het gevoel dat ik had toen ik in de studio zat. Ik produce mijn eigen muziek, en als het iets dieps is, dan wil ik daar ook echt verder op ingaan. Het is de muziek die mij inspireert. Het was geen bewuste keuze van: ‘Nu is het moment om dit te doen.’ Ik maak de muziek. En als ik het goed vind, dan breng ik die uit.

Wat was de muzikale inspiratie voor À Demain?

Dat vind ik een moeilijke vraag. Momenteel luister ik niet echt naar rapmuziek, meer naar r&b op dit moment. Voornamelijk de Britse variant zoals die van Salt en Cleo Sol. Ook het gitaarspel van Hermanos Gutiérrez.

Dat was ook heel goed te horen op ‘Samba’.

Ja exact! Ik wil niet altijd naar rapmuziek luisteren; ik wil naar meer genres luisteren. Maar soms luister ik ook gewoon naar helemaal niets. Soms ben ik gewoon fan van de stilte. Ik maak altijd muziek en ik doe shows, maar soms wil ik gewoon niets.

Aangezien dit album als dankjewel dient voor je familie en vrienden: wat is de favoriete muziek van jouw ouders die je geïnspireerd hebben?

Toen ik jong was, was er altijd muziek in mijn woonkamer. Mijn moeder was meer fan van jazz en soul, terwijl mijn vader grote fan was van rockmuziek. En ik was dan diegene die naar rap luisterde. (lacht)

Die jazz is steeds duidelijker terug te horen, zeker op je nieuwste album. Kwam die inspiratie ook van je moeder dan?

Ik denk dat ik doorheen de jaren steeds dieper bezig ben met muziek, snap je? Niet meer enkel maar met beats. Ik wil meer doen met echte muzikanten.

Op welke liedjes ben je zelf het meest trots?

Ik ben heel trots op ‘Toucher du bois’. Als ik er zelf naar luister, krijg ik soms kippenvel. Maar ook op ‘Samba’ en ‘Aquemini’. Ik hou van het hele album, maar deze drie nummers zijn mijn absolute favoriet. Van Todo Bien ben ik heel blij met ‘Déjà fait’. Ik denk eigenlijk dat ik echt fan ben geworden van jazzmuziek: de nummers die meer melodieën bevatten, daar ben ik zelf het meest fan van.

Wat was het meest emotionele nummer om te schrijven of maken?

‘Toucher du bois’, maar ook wel ‘Aquamini’. Het gaat daar ook niet over mezelf,  maar over mensen die nooit zullen beseffen of toegeven dat ze fout zijn. Zo ben ik zelf niet. Als mensen me zeggen dat ik fout ben, dan accepteer ik dat en zeg ik: ‘Sorry, ik zal beter doen.’ Ik ken veel mensen die niet zo zijn, en dat maakt het net een emotioneel nummer. Het was niet zo dat het moeilijk of emotioneel was om het te maken, maar eerder wanneer ik ernaar luisterde. Dan voelde ik het nummer pas echt. Dat is de beste manier om muziek te maken.

© Tone Verswijvel

Dit album kwam er redelijk snel na het vorige, dat wel heel tof en energiek klonk. Hoe verliep het creatieve proces na die verandering?

Ik hield me gewoon aan het gevoel dat ik op dat moment had, dus dat ging goed. Het feit dat ik altijd bezig ben met muziek, helpt ook wel in dat proces. Toen ik bezig was met À Demain had ik heel veel geschreven: ik had twintig songs en dan kies ik welke het best samengaan.

Je bent met andere woorden dus al bezig aan het volgende album?

Ja helemaal, daar ben ik al volop mee bezig.

Als je je albums in kleuren zou moeten omschrijven, welke zou je kiezen en waarom?

Ik denk dat de mood voor dit album het verschil tussen de zonsondergang en het donker is. De zon is dan de warmte en de donkerte de melancholie. Todo Bien is met het blauw ook gewoon heel ‘out there’ en heel plezant, wat het album an sich ook echt is. Mignon is meer introspectief, dus dat past beter met het zwart-witte.

Aangezien je al enkele jaren meedraait in de muziekscene: hoe zou je je eigen muziek omschrijven voor iemand die er nog nooit van gehoord heeft?

Persoonlijk, eerlijk, echt. Ik hou van reizen, liefde. Het is moeilijk om zelf termen op je eigen muziek te plakken. (lacht)

Wat is de ultieme boodschap die je wilt brengen met je muziek?

Ik wil mensen vertellen dat als ze iets echt leuk vinden, dat ze er vertrouwen in moeten hebben. Je moet het niet loslaten, je moet ervoor gaan. Het heeft mij tien jaar gekost om te geraken waar ik nu ben. Twee jaar geleden was ik nog aan het werken in een restaurant, dus geef niet op.

Welk deel van Brussel speelt een element in je muziek en hoe beïnvloedt de stad jou?

Het centrum van Brussel, zeker en vast. En al zeker Sainte-Catherine. Toen ik hier vier, vijf jaar aan het werk was, in deze straat… dat heeft me echt geïnspireerd.

Wat maakt je een echte Brusselaar?

Ik ben iemand van Brussel, puur omdat ik altijd hier ben. Ik ga niet zeggen van: ‘Ah, ik ben iemand van Brussel vanwege ‘dit’ en ‘dit’.’ (lacht)

Hoe zie je de toekomst van de Brusselse hiphop-/rap-/r&b-scene?

Ik zie de toekomst heel mooi. Er is veel talent aanwezig hier.

Zijn er volgens jou artiesten waar we onze oren voor moeten openhouden?

Zeker, Absolem! Dat is voor mij de ‘next guy’. Hij is echt een heel goede tekstschrijver. Ik ben zelf meer gefocust op melodieën, maar hij is gewoon heel goed met teksten. Hij is veel beter dan ik op vlak van schrijven. Iedereen heeft zijn eigen skills natuurlijk. Die van mij is om emotie te brengen met melodie en zijn vaardigheid is het schrijven.

© Tone Verswijvel

Heb je bepaalde artiesten waarmee je graag wilt samenwerken in de toekomst?

Normaal gezien werk ik samen met mensen die ik graag heb. Dan hangen we een beetje en beslissen we om samen iets te maken. Neem Cabellero bijvoorbeeld; hij is iemand die mij inspireerde toen ik begon met schrijven. Dus voor mij was het heel belangrijk om hem op het album te hebben. Ele A heb ik gevonden via Instagram. Ik was wat aan het scrollen en ik vond haar muziek cool, dus stuurde ik haar en toen zag ik dat ze al muziek van mij gedeeld had. Ik dacht meteen van: ‘Oké, let’s go.’ (lacht)

Ik vind het ook wel leuk om samen te werken met mensen die niet Franstalig zijn. Misschien werk ik wel samen met iemand van Engeland.

Of misschien nog eens met een Nederlandstalige artiest?

Ja, met Zwangere Guy! Daar heb ik al mee samengewerkt en daar zou ik in de toekomst nog eens mee de studio in willen kruipen.

Heb je ultieme droomsamenwerkingen waar je aan denkt?

Dat is natuurlijk moeilijk. Ik ben grote fan van Kendrick Lamar, maar ook van Little Simz en Cleo Sol. Ik zou mijn Spotify eens moeten bekijken. Soms ben ik gewoon aan het luisteren naar muziek en zet ik willigkeurige dingen op; ik zie niet eens wie ik beluister. Enny is bijvoorbeeld heel cool. Wesley Joseph ook.

Zijn er, na een uitverkochte Ancienne Belgique, passages op Core Festival en Couleur Café – met andere woorden Brusselse muzikale mijlpalen – nog andere Belgische of internationale hoogtepunten die je wilt bereiken?

Ik denk dat het mijn doel is om Frankrijk te veroveren. We hebben daar wel al wat dingen gedaan. We spelen dit jaar daar in La Cigale, dus l’Olympia is het volgende doel. Dat is de AB van Parijs. Ik kan natuurlijk niet dezelfde dingen blijven doen die ik al gedaan heb. Nu wil ik wel graag Frankrijk veroveren.

Was het door de hiatus van Le 77 dat je besefte dat je wilde doorzetten met je solomuziek of kwam dat pas toen ‘La Vibe’ groot succes kende?

Ik was eigenlijk al begonnen met mijn soloproject voor Le 77. Le 77 was uiteindelijk dus eigenlijk meer mijn nevenproject, maar op dat moment werd het gewoon het hoofdproject. We hebben drie topalbums gemaakt, maar dan kwam de keuze om geen muziek meer te maken. Dus dan was het weer tijd om terug naar mijn muziek en dat kwam goed uit.

In het verleden werkte je al meermaals samen met Roméo Elvis voor ‘Smooth’, ‘Smooth 2.0’ en recentelijk ‘Smooth 3.0’. Hoe is dat idee ontstaan om elke keer een vervolg te maken?

We wilden graag een nieuw nummer maken na ‘Smooth’, dus ik zei: ‘Waarom maken we niet gewoon ‘Smooth 2.0’?’, en zo ging de bal aan het rollen. Ik vind het idee van triologieën wel leuk. We gaan zeker nog samenwerken aan nieuwe nummers, maar het zal niet meer in het ‘Smooth’-universum zijn. Het is zoals met films, een vierde is er altijd te veel aan.

Je Vlaamse publiek is relatief klein is, ergens opmerkelijk gezien Busker je boeker is. Hoe voel je je tegenover je Vlaamse publiek?

Met Le 77 nodigde Zwangere Guy ons altijd uit om shows te doen, dus we hadden wel een kleine fanbase in Vlaanderen. Nu merk ik wel dat dat minder het geval is. Maar misschien brengen toekomstprojecten daar verandering in. Dan is het tijd om Vlaanderen aan te vallen!

‘Peet’ is een Nederlandse uitdrukking die gebruikt wordt om een betrouwbaar persoon te benoemen; resoneer je met die verklaring voor je muzikale persona?

Ah wow, dat wist ik niet! Maar zeer zeker. Een betrouwbaar iemand. Ik voel me ook niet echt een ster. Ik zou nooit de persoon willen zijn die niet over straat kan lopen zonder herkend te worden; iemand die arrogant is en geen tijd maakt voor zijn fans. Nu is het anders. Vaak gaat het gewoon als volgt: ‘Ah, hey Peet, ik ben fan van je muziek!’, en dan maak ik daar een praatje mee. Daar kunnen mensen me op vertrouwen.

Wat was het idee achter de pop-up trouwens? Heeft de locatie ook een speciale betekenis?

De bedoeling van de pop-up was eigenlijk om de afgelopen jaren en de weg naar dit album te tonen. Vooral om de mensen die eraan meewerkten een podium te geven. De persoon die al mijn merch maakt, Elio Acar, maakt ook de video’s; en zijn bureau is hier. Ze wilden het ook als een verrassing maken voor mij. Ik mocht niets zien vooraf, of ik mocht niet helpen. Dus gisteren was het zeker en vast een mooie verrassing.

Tot slot, na een druk weekend: wat doe je ‘demain’?

Morgen doe ik niets. (lacht) Ik ga gewoon rusten. Het is een heel drukke periode geweest, ik was altijd onderweg. Dat was leuk wel, maar het reizen is lastig. Morgen ga ik gewoon FIFA spelen en Uber Eats bestellen.

À Demain is overal te beluisteren en deze zomer passeert Peet langs enkele Waalse festivals. Je kan hem op 13 juli vinden op Les Ardentes, op 26 juli op Esperanzah! en op 4 augustus op Ronquières.

Dit interview is van de hand van Frauke Van Coile en verscheen op de muziekwebsite Dansende Beren.

Share