Zaterdag 15/07 kwam een oude ‘Drinkebroer’ thuis in Brussel. Zoals ik nu Akhy’s (Broer in het Arabisch) heb, had ik vroeger ook ‘Drinkebroers’, met wie ik de Brusselse cafeetjes aandeed. Je kon ons vooral tegenkomen wanneer de gordijnen gesloten werden van de Vlaamse cafeetjes in de stad na vier uur ’s nachts.
Zaterdag 7.15u Brussels Airport, de vlucht uit Washington heeft 4 uur vertraging. Ik had weer een opeenvolgende cyclus van de zon en de maan meegemaakt. Daar stond ik met de vraag: ‘Zit Stijn op de vlucht of hebben ze hem tegengehouden?’
Stijn is een jaar en half geleden vertrokken om te reizen tussen Colombia en de VS en liet praktisch niets weten. Terwijl ik in Latijns-Amerika er altijd van droomde om Che Guevara te worden, droomde hij er altijd van om Pablo Escobar te worden.
Officieel nam zijn leven een andere wending. Hij zou de Latijns-Amerikaanse ‘Siddhartha Gautama’ worden. Een beetje zoals de ‘Afrikaanse Che’, Thomas Sankara, die ik probeerde te worden in de Matongé en door mijn reizen in Centraal-Afrika.
Het vertrek van Stijn was eigenlijk het einde van de familie ‘Drinkebroers’ in Brussel. Er werd nog bier gebrouwen, er werd nog gerookt, maar de dertiger jaren zorgden voor alvast enige verslavingen minder.
Bij mij waren dat er twee: drinken en roken. Als zwaarste roker van de familie, stopte ik na een relatiebreuk in Brazilië, “Cold Turkey”, van de ene dag op de andere dag. Stijn en Ben probeerden, maar slaagden nog niet, maar zij pakte hun alcoholproblemen aan, samen met Philippe en ik, met succes.
Ben omarmde het ‘feminisme’, Philippe en Sym kregen een kind en kochten een huis, Jente liep een marathon, Stijn ging ‘into the wild’ en ik heb anderhalf jaar gepiekerd tot ik op straat belandde. Toen besliste ik om naar Rusland te vertrekken om Russisch te leren. Met onze ‘jump into the 30’ties’, hadden we toch al enkele van onze kinderziektes kunnen afslaan, maar de knoop in ons hoofd was er nog altijd, dat is iets ‘for the 40’ties’.
Och ja, vroeger was mijn lievelingsfilm ‘El Juego de Arcibel’ als Latijns-Amerikaanse revolutionair ‘Che Guevara’. Tegenwoordig kijk ik naar de ‘Mistery Men’, niet omdat het mijn lievelingsfilm is, maar het is een beetje zoals in het liedje De bom van Postmen, zeer toepasselijk op Brussel.
Ik was een van de mensen die zich hadden moeten laten uitkopen door het systeem, maar ik kwam meer en meer in opstand tegen leiden. De bom van 22 maart 2016 heeft mijn leven zwaar aangetast. Nu vertrek ik naar Rusland en Stijn, tja die vertrok in januari 2016, dus die was helemaal zen om 12 uur op de luchthaven met 5 uur vertraging.
Zucht, daar zaten we weer, zaterdagavond in de Merlo, jeugdherinneringen op te halen, ondertussen was ‘un Orval, la seule bière masculine’ de dagschotel. Er werd cognac bovengehaald, maar Stijn kwam nu eenmaal terug uit Latijns-Amerika, dus het werd rum. Phillippe wou zat naar huis rijden.
Toch eind goed al goed, want Philippe bleef in Brussel slapen en Stijn gedroeg zich. Na een avond Jupiler, om niet zat te worden, ging ikzelf met het liedje Phoenix – 1901 in replay te voet terug naar Molenbeek. Misschien was die avond in de Merlo de “Rigor Mortis” van onze jeugd. Laat ons hopen.