Categorieën
Mobiliteit

Winterpriktips voor fietsers, zo moeilijk is dat niet

We gingen slapen met de herinnering aan de bloedmaan, stonden op met zicht op een vuurzee in de hemel en gingen, walsend door een wit tapijt, koffie drinken. De sneeuw is in het land.

Met sneeuw maak je sneeuwmannen, gigantische sneeuwballen of sneeuwengels, of gele tekeningen. Laat het voor iedereen wat wils zijn. Wat een rust straalt die sneeuw toch uit. Geluid wordt gedempt, contouren van gebouwen worden zoveel mooier en de dwarrelende vlokken hebben iets van confetti.

Een feest voor de ogen is het, maar niet altijd voor de banden. Ieder jaar opnieuw, bij het vallen van de eerste vlokjes, posten nagenoeg alle media servicestukjes met ronkende titels als ‘7 tips om veilig in de sneeuw te rijden’ of ‘Vergeet alles wat u dacht te weten over rijden op sneeuw en ijs’. Het land staat letterlijk elke keer in rep en roer. Maar waar blijven de tips voor mensen die de fiets gebruiken? ‘Die zotten zullen wel binnen blijven’, moet men denken op de redacties.

En toch, fietsen in de sneeuw is perfect mogelijk. Zo getuige de spectaculaire beelden uit Kopenhagen, waar het leven de hele winter wordt gedomineerd door sneeuwbuien. Fietspaden worden er dagelijks geruimd met speciaal ontworpen strooi- en veegmachines en voor de rest wordt er lekker voortgereden. Volgens mobiliteitsconsultancy Copenhagenize blijft 80 procent van de mensen die de fiets dagelijks gebruiken ook bij sneeuw fietsen.

Toegegeven, het is wat aanpassen. Zeker omdat de mediasneeuwstorm ons deze ochtend allerhande tips vergat te geven. Bij deze: een poging, op basis van de do’s-and-don’ts voor automobilisten die ik her en der las.

Eigenlijk is het zo moeilijk niet. Beginnen doen we door onze koppeling lichtjes los te laten, door met andere woorden de andere voet op te heffen en die rustig op het tweede pedaal te plaatsen. Indien de remmen het niet doen bij een eerste test, gebruik dan ontvriezer ter versoepeling. Rijden doen we met iets minder gezwinde tred dan tijdens de zomertijd: neem 12 à 15 kilometer per uur als gemiddelde. De versnelling plaatsen we in het midden, zodat slipgevaar voorkomen wordt. Met onze 1×1 zoeken we vooral baantjes op die bestrooid zijn geweest – in België is die kans klein. Probeer overigens geen slachtoffer te zijn van smeltwater dat door de concullega’s in wagens jouw richting uit wordt gestuurd. Bochtjes nemen we breed, door op de motor te remmen, ook gekend als ‘uitbollen’.

Sneeuwbuien bieden géén uitgelezen kans om je nieuwe Bianchi-, Colnago- of Specialized-racebandjes te testen op baanvastheid. Kies voor je lompe stadsfiets, je zal hem nog dankbaar zijn. Gebruik trouwens nooit één enkele rem, rem simultaan zonder bruuske bewegingen. 

In een van de artikels over autopret in de sneeuw ten slotte staat ook dat je ‘comfortabele kledij’ moet aantrekken, een ski-jas is op de fiets geen overbodige luxe. Als je naar een thematisch verkleedfeest moet, laat je een witte outfit best achterwege. Handschoenen zorgen voor extra warmte aan de vingertoppen.

Ziezo, met bovenstaande tips kom je al een heel eind, lieve tweewielers. Kijk vooral goed om je heen, laat je niet opjagen en ontwijk wagens die de controle kwijt zijn door zo snel mogelijk van je fiets te springen. Volg trouwens eens het spoor van een voorganger, de witte groeven leiden je misschien naar een geweldig mooi verhaal of avontuur. Wie weet.

Kwinten Lambrecht (29) heeft zijn eigen communicatieagentschap KWIN. Hij blogt over Brussel, mobiliteit, duurzaamheid en een vleugje politiek op zijn blog Lambyk

Share