Categorieën
Kunst

De Michelangelo onder de etalagisten

Het tweede stilleven heeft mij gevonden tijdens de rustige wandeling. Het was liefde op het eerste gezicht. Even onverwacht als onvermijdelijk zoals het vinden van een schat ver in de buik van een piratenschip.

Fuchsia & acidgeel & ultramarijn in de Adolphe Maxlaan (c) Thomas Dielman

De wijk tussen de Lakensestraat en het Martelaarsplein is heerlijk rustig om te wandelen met de hond. Hier ontkom je aan de massa. Het is een soort niemandsland dat niet echt residentieel is maar waar er ook kantoorgebouwen, een jeugdinstelling en overheidsgebouwen zijn. Ook veel leegstand en panden waarvan de eigenaars op reis vertrokken zijn. Voor altijd. Noch vis noch vlees. Vervreemdend, een voorafkondiging van het kille futurisme van het net iets verder gelegen Manhattan-project. Een waarschuwing dat het steeds erger kan.

Ook de kleuren van de wijk zijn nietszeggend en onbestemd. Hier zijn geen keuzes gemaakt, geen vergaderingen over georganiseerd.

Via de Zwarte Lievevrouwestraat lopen Spikey en ik naar de Lakensestraat, naar de Zwaluwenstraat en dan naar links de Bloemenstraat in. Deze kleine straat heeft een mooie naam maar is eigenlijk heel triestig. Het vuil hoopt zich overal op, tussen de straatstenen en op de muren van de panden waarvan je de functie niet kunt raden, zeker daar waar de muur van richting verandert. Onkruid maar geen bloemen.

Het is bekend dat er hier niet veel mensen komen: overal ligt er hondenstront en mensenstront. Spikey ruikt aan de stront van de honden, maar zou likken en ziek worden van de mensenstront als ik hem er niet van zou wegtrekken. 

De rustige wandeling is dan ook vooral aan te raden als het licht is. 

Het lijkt of de muren van de panden jaren geleden klaargemaakt zijn met neutrale grondverf maar dat de schilder, net voor het eigenlijke creatieve werk, er de brui aan heeft gegeven. Een onbeschilderd canvas. Een niet nagekomen belofte. 

De kasseien geven hun kleuren pas prijs als er regendruppels op vallen: natuurtinten van primaire kleuren: oker, Engels rood en capriblauw. 

Bruisend Brussel is niet meer hier. 

Via de Circusbrug steken we de Zenne over naar de rechteroever.  

Tegen de richting van de klokwijzers in doe ik een rondje met Spikey op het rechthoekige Martelaarsplein, waar het heerlijk fris is. Het verbaast me steeds dat de gebouwen van de korte zijde ver naar voor staan en niet beginnen waar de gebouwen van de lange zijde beginnen. Het lijken verschuifbare modules die verplaatst kunnen worden om het plein groter te maken: het kabinet van de Vlaamse Minister-president meer naar het INNO-gebouw en het zuidgebouw naar de Wolvengracht. 

De muren van de gebouwen zijn asgrauw, de deuren en de raamkozijnen zouden parelwit moeten zijn. 

De standbeelden verliezen hun scherpe kantjes zoals sneeuwpoppen in de zon. 

Adolphe Max is 30 jaar burgemeester geweest van de stad Brussel! 

Het stilleven ‘Fuchsia & acidgeel & ultramarijn in de Adolphe Maxlaan’ is te bewonderen in het laatste pand (of het eerste pand) van de Adolphe Maxlaan. De meest wonderlijke kleuren komen er samen op ongeveer 1 vierkante meter: muntgroen, ultramarijn, zacht korenbloemblauw, wintergrijs, ebbenhoutbruin, steenkoolzwart, diep paars, sepia, kraplak, amarant, hemelsblauw, citroengeel, fuchsia gemengd met fluoroze en drakenbloed, suikerspinzoetroos, elektrisch blauw, robijnrood, cyaan, glasachtig heldergroen, olijfolie, oker, mosterd, mandarijn en zacht roodbruin, klaproos en pistachegroen en ten slotte eenvoudig ecru als contrast! 

Ik pak een foto en ik blijf staan. Eerst heb ik nog de neiging om een paar objecten van plaats te veranderen maar dan geef ik me over. Hier moet niets veranderd worden. Ik laat de kleuren hun werk doen. Ik check de foto op mijn telefoon en ik neem er nog twee. 

Dit is de mooiste etalage van Brussel. Ik weet zeker dat we hier te maken hebben met de Michelangelo onder de etalagisten en wel door het ritme dat hij of zij in het stilleven heeft weten te brengen. Dit is muziek. Kleuren als muzieknoten.   

Het recept van mijn lievelingstoetje. 

Dit kleurenpalet is niet geschikt voor je appartement maar wel perfect om kleren, schoenen en accessoires aan de man te brengen. Op een podium mag je steeds iets meer! 

Enkele seizoenen later keer ik terug om de naam van de winkel te lezen en om te zien welk stilleven Michelangelo heeft gemaakt met de nieuwe collectie. 

In mijn herinnering was het stilleven een vuurtoren die al deze kleuren scheen tot in de verste uithoeken van de hoofdstad. 

Ik kom erachter dat de winkel geen pand is op de Adolphe Maxlaan maar deel uitmaakt van het De Brouckèreplein en vooral dat de winkel er niet meer is. De naam kan ik niet meer lezen. Het Te huur-plakkaat is over de winkelnaam getimmerd, enkel de beginletter is nog zichtbaar: M.  

Ik tuur de winkel in. Zonder kleren, schoenen en accessoires komen de kleuren van de rekken, vloeren en muren tevoorschijn: neutraal afgewassen blauw. Of is het grijs? Deze kleuren liggen in het verlengde van de andere kleuren in de wijk. De winkel vindt nu meer aansluiting bij de andere winkels. 

Plots wil ik thuis zijn. Een glas melk. Via de Adolphe Maxlaan loop ik de verkeerde kant uit. 

Thomas Dielman schildert Brusselse stillevens. Ze hebben volgens de kunstenaar, die aan Sint-Katelijne woont, geen enkel doel buiten het feit dat een mooie compositie rust en troost kan bieden. Ze kunnen je even verwarmen en je eraan herinneren dat schoonheid overal te vinden is

Share