Categorieën
Het straatfeest Kunst

De opluchting van een ontslag

Wit. Een horizontale blauwe lijn op een groene. Als een filmdoek strekt het blauw zich uit naar boven, het groen ontrolt zich omlaag tot er zich een achtergrondbeeld manifesteert. Zwitserse bergen ploffen tevoorschijn. De camera glijdt een klaslokaal binnen. Hier wordt geleerd. Perkament-kleurige wandvullende atlaskaarten. Afgewassen muntgroene muren. De ramen wagenwijd open, zicht op witte driehoeken, kabbelende bergbeekjes begeleiden de stilte, de lucht geparfumeerd met de geur van rucola.

Saint-Justine (c) Thomas Dielman

Kevin, Diana en Thierry zitten verwachtingsvol op hun houten bankje dat via een metalen constructie vastzit aan hun leertafel. Door het donkerbruine blad op te tillen krijgen ze toegang tot een ondiepe bergingsruimte, de voorloper van de Amerikaanse lockers in de gang. Kevin en Thierry dragen een matrozenpakje, Diana draait haar hoofd van links naar rechts en terug waardoor de krieken van haar haarelastiekjes tegen haar voor- en achterhoofd aantikken. Steeds harder. De tovenaar stapt het podium af.

Thierry duwt zijn vulpen met duim en wijsvinger op het zijwaartse eeltknopje van zijn middelvinger. Hij viseert de mond van de tovenaar en tracht de toekomstige woorden, die nu elk moment te horen zullen zijn, te achterhalen. En ze alvast op te schrijven. Niets mag verloren gaan. De oplossing voor de leegte die hij voelt is komende. De streep mond bolt zich.

Schrijf op. Een leraar, ouder of verantwoordelijke heeft voor de uitoefening van die functie gekozen. Die keuze mag niet lichtzinnig gemaakt worden. Velen zijn geroepen maar weinigen uitverkoren. De keuze voor die functie is een keuze voor hulpvaardigheid. Zijn taak bestaat erin om zijn student, kind of werknemer in de best mogelijke omstandigheden te laten leren en groeien, zodat zij kennis, ervaring en vertrouwen kunnen opdoen om later eventueel ook die keuze te maken. De leraar, ouder of verantwoordelijke staat ten dienste van zijn pupil.

De tovenaar beukt zijn lichtgevende staf op de parketvloer. De kamer draait 360 graden en de deur zwaait open. Een verhitte, hysterische Mohamed stormt binnen. Hij slaat de deur achter zich dicht en valt als een soufflé in elkaar in het midden van de ruimte. De zuurstof ontsnapt, de ramen sluiten zich, de gordijnen komen tot stilstand en glijden naar elkaar toe, de wijsheid vervliegt en het licht verdwijnt door de blaffeturen die neerkomen. Kevin, Diana en Thierry snellen Mohamed te hulp en knielen als 3 bruidskindjes rond de gevallen bruid. Hun ademhaling versnelt, gaat in draf om binnen de kortste tijd mee te galopperen op het ritme van hun chef. Mohamed wordt als een marionet door zijn emoties naar bovengetrokken en dan weer losgelaten, naar boven en naar beneden, naar boven en naar beneden. Beneden jammert hij dat iedereen hem haat, boven schreeuwt hij dat hij zich nooit beter voelde. Hij staat ten slotte op, schudt het stof van zijn knieën:

Waarom zitten jullie hier godverdomme op de grond? Ga werken, aanstellers! En kan hier godverdomme iemand het licht en de airco aandoen? Ik stik hier! Is dat de bedoeling misschien?

Thierry duwt het gietijzeren poortje open naar de Place Saint-Justine en zwaait naar Flora. Flora zet een laatste zinken emmer met anjers voor haar donkergroene bloemenkiosk:

– Que puis-je faire pour toi aujourd’hui, mon grand??

– Un gros bouquet! (Thierry écarte les bras comme s’il voulait étreindre un baobab)

– De quelle couleur? (Thierry hausse les épaules)

– Ce sera un bouquet  arc-en-ciel. (Flora fait un clin d’oeil)

Exact een week geleden schuift Thierry het kantoor van Mohamed binnen. Zijn rechterhand trilt alsof hij zich koelte toewappert met zijn ontslagbrief. Met lood in zijn schoenen en een lijf dat elk moment dienst kan weigeren slaagt hij erin de brief op het bureau van zijn chef te leggen (gooien? droppen?). Duizenden keren heeft hij dit gesprek gerepeteerd, de genoegdoening voorgeproefd om eindelijk te kunnen zeggen dat hij weggaat maar het enige wat hij nu wil, is hier zo snel mogelijk wegkomen. Hij hervindt een beetje evenwicht op de stoel voor het bureau van Mohamed, hij vertraagt zijn ademhaling. Mohamed leest het woord ontslag en slaakt een kreet. Zijn rechterhand schiet naar zijn borst. Thierry mompelt:

– Het spijt me.

– (Mohamed wuift dit excuus weg en stamelt) Ik begrijp het. Ik weet al langer dat je niet happy bent. Ik heb meerder scenario’s voorzien maar ik heb nooit gedacht dat je ontslag zou nemen. Waarom heb ik dit niet voorzien?

Mohamed schuift zich meer naar achteren in zijn stoel. Daar zitten ze. Op gelijke ooghoogte. Ze kijken elkaar aan. Uitgeteld. Ze hebben elkaar niets te zeggen. Beiden niet in staat om deze gebeurtenis een beetje glans te geven. Om iets te zeggen dat de situatie de waarde kan geven die het verdient. Als een veldslag waarbij beide legers tegenover elkaar plaatsnemen, elkaar aankijken, tranen in de ogen krijgen en dan terugkeren naar hun tentenkamp.

Flora houdt het boeket op armlengte: madeliefjeswit, zonnebloemgeel, goudsbloemoranje, klaproosrood, begonioa-roze, lavendel en vergeet-mij-nietjesblauw en grasgroen.

Thierry hoort Olivia Newton John via de radio, bevrijdt zich uit zijn geox jas, draait de volumeknop open, trekt Flora weg van haar werktafel en walst haar naar het midden van het plein:

Look at me, there has to be

Something more than what they see

Wholesome and pure

Oh so scared and unsure

A poor man’s Sandra Dee

Sandy, you must start anew

Don’t you know what you must do?

Hold your head high

Take a deep breath and sigh,

“Goodbye to Sandra Dee”

Mohamed krabbelt overeind en schuift de brief richting Thierry.

Je moet je ontslagbrief laten ondertekenen door de personeelsdienst.

Thierry knikt en maakt zich uit de voeten. Het gevoel van opluchting waar hij zo naar snakt laat op zich wachten maar hij weet dat hij ontsnapt is aan verder onheil. Ik heb je genoeg geholpen, klootzak, denkt Thierry, en hij stapt de lift in.

De bloemen zijn voor jou, Flora. Thierry loopt het parkje uit en, met 7 dagen vertraging, voelt hij eindelijk de zuurverdiende opluchting en huppelt bevrijd en zo blij als een kind voorwaarts.

In Het straatfeest brengt beeldend kunstenaar Thomas Dielman in tekst en beeld verslag uit van de wandeling die hij maakt van thuis naar het werk. Hij vertelt wat er door zijn hoofd gaat, op stap langs 18 straten en twee pleinen.

Share