Verwarring troef. Gelijktijdig met de reprise van de knappe theatervoorstelling Bovary, met Maaike Neuville in de hoofdrol, presenteert de KVS, samen met Théâtre National en de Muntschouwburg, een gelijknamige operabewerking. Het goede nieuws: ook de opera is een schot in de roos.

Het verhaal is genoegzaam bekend: Madame Bovary droomt van een groots en meeslepend leven, maar voelt zich opgesloten in een huwelijk met een kleinburgerlijke plattelandsarts. Buitenechtelijke escapades lopen met een sisser af. Uiteindelijk stapt ze gedesillusioneerd uit het leven. In de Nederlandstalige theaterversie van de 19de-eeuwse roman van Gustave Flaubert gaven makers Carme Portaceli en Michael De Cock aan het einde het woord aan de echtgenoot Charles, in de Franstalige operaversie treedt dochter Berthe uit de schaduw.
Opera wil een muzikaal totaalspektakel zijn. Dus worden we vergast op drie zanger-acteurs: sopraan Ana Naqe (Madame Bovary), mezzosopraan Blandine Coulon (Berthe) en bas-bariton Oleg Volkov (Charles én de twee minnaars van Madame Bovary). Ze krijgen versterking van het symfonisch orkest en het koor van De Munt. De beide voortreffelijke zangeressen stelen de show in hun solo’s. Het orkest speelt de nieuwe compositie van Harold Noben op een trefzekere manier. Het zestienkoppige koor zorgt voor geanimeerde massascènes op het podium, zoals het huwelijksfeest van de Bovary’s. In de scenografie vallen de prachtige levensgrote doeken op die het fictieve Normandische dorp Yonville tot leven brengen. De wisselende decors zijn een technisch hoogstandje.
In het libretto heeft De Cock duidelijk geschrapt in de tekst. Zingen doe je nu eenmaal een pak trager dan spreken, en de muziek neemt veel meer ruimte in. Dat betekent dat sommige elementen maar vluchtig aangeraakt worden of erop gealludeerd wordt, maar dat is nooit een verlies door slimme dramatische keuzes. De kennismaking – hij kwam langs als dokter van haar zieke vader – is een vluchtige scène in de aanloop naar het huwelijk, maar de regie laat Madame Bovary wel al zeggen wat ze later beseft: ze wist nog niets van de liefde, ze was hopeloos naïef. We vernemen dat ze zich graag verliest in de lectuur van romans door haar afkeuring van haar niet-lezende man. Een operabezoek beleven ze volledig anders: zij leeft helemaal op, hij klaagt als een volleerde droogstoppel over de ongeloofwaardige voorstelling van de realiteit. Een heerlijke anachronistische scène met pakjesbezorgers toont dat ze zich diep in de schulden steekt met haar shopverslaving.
Verveling, leugens, verlangen. Deze begrippen keren als een rode draad terug in het betoog dat Madame Bovary houdt. Ze is op zoek naar intensiteit, ze wil ontsnappen uit de banaliteit van het leven. In haar verboden liefdes met Leon en Rodolphe lijkt dat even te lukken. Ze beleeft zinderende avonturen, maar haar droom om met een van hen opnieuw te kunnen beginnen, moet ze begraven. Ze blijft onverzadigbaar. De trouwe, maar lusteloze liefde van haar doodbrave man weet ze niet naar waarde te schatten. Ze vlucht liever in haar fantasie dan de waarheid onder ogen te zien. Ze voelt zich beknot in haar vrijheid, omdat ze vrouw is. In de opera betreurt ze uitdrukkelijk dat ze geen zoon krijgt, maar een dochter, die hetzelfde lot als haar beschoren is.
Die dochter zagen we op scène opgroeien, opnieuw anachronistisch, vergroeid met haar gsm en onophoudelijk selfies nemend. Nadat Madame Bovary jong gestorven is – in de voorstelling wordt ze gerekend tot de noodlottige Club van 27 – blikt Berthe terug. Ze heeft haar moeder nauwelijks gekend, maar toont mededogen voor haar gepassioneerde strijd. Ze zat vast in een keurslijf, van buiten opgelegd en geïnternaliseerd. Waarna schrijver Flaubert het moet ontgelden. Heeft hij naar niet met een mannelijke blik afgeserveerd als egoïstische, losbandige echtgenote? Waarom veroordeelde hij haar tot zo’n tragisch einde met behulp van rattengif zowaar? Ze spreekt de hoop uit dat vrouwen zich in de toekomst volop kunnen ontplooien en verwezenlijken en hun eigen verhaal kunnen schrijven.
De adembenemende finale is het slotakkoord van een sterke operabewerking, die esthetisch genot koppelt aan inhoudelijke diepgang. Door te kiezen voor een nieuw perspectief toont de voorstelling dat de roman van Flaubert nog altijd brandend actueel is.
De opera Bovary loopt nog tot en met 19 april in Théâtre National. De voorstellingen zijn uitverkocht. Op TicketSwap vindt u mogelijk nog kaarten. Op BrusselBlogt vindt u ook een recensie van het theaterstuk, dat vanaf 29 april opnieuw te zien is in de KVS.